Margriet

Margriet

Margrieten kent iedereen. Vanuit de 'gewone' wildvorm zijn er veel cultivars gekweekt met grote en soms gevulde bloemen. Margriet is breed inzetbaar; de enkelbloemigen passen goed in een natuurlijk ogende aanplant, terwijl alle vormen goed bruikbaar zijn in een cottagetuin of border. Als buurplanten zijn Ridderspoor (Delphinium), Oosterse klaproos (Papaver), Hoge vlambloem (Phlox) en Lupine (Lupinus) te gebruiken. Margriet geeft goede snijbloemen. De planten staan graag in de zon op een normale grond met voldoende voeding. Geef in het voorjaar een gift compost.
Over het algemeen is Margriet niet langlevend, maar met wat maatregelen zijn ze best goed te houden. Zo kunt u de planten na de bloei het beste terugknippen tot ongeveer 10 cm boven de grond. De planten zullen dan alvast nieuwe scheuten voor volgend jaar gaan vormen en met wat geluk zelfs voor een nabloei zorgen. Ook is het goed om de Margrieten om de 2 a 3 jaar te rooien en de jonge delen weer uit te planten in verse grond op een andere plek. Soms hebben de jonge scheuten in het voorjaar last van slakkenvraat.

Margriet behoort tot het botanische geslacht Leucanthemum.